Klik klik klik
- Details
’Het klikken van zijn schoenen, dat was het enige wat je hoorde, zo mooi.’ Als ik in Renswoude na de camouflage les met een lieve vrouw van 78 jaar nog even een kopje koffie drink, dan hebben we het over indrukken en de kleine dingen die een grote indruk hebben achter gelaten. ‘Mensen luisteren niet meer’ zegt ze. 'Iedereen is druk, gehaast en lijkt ongeïnteresseerd.' Ik kijk haar aan en luister aandachtig wat ze me te vertellen heeft. Haar vriendelijke glimlach maakt me rustig en blij tegelijk. ‘Snap jij dat nou? Mensen die bij het afscheid pratend een aula binnen lopen? Ik vind dat zo ongepast en vervelend. Maar weet je Edt (met een natte ‘T’), weet je wat mooi was? Toen de uitvaartleider door de kerk liep, toen was het muisstil en hoorde je alleen het klikken van zijn schoenen.’ En terwijl ze het me vertelde, deed ze de geluiden na van zijn schoenen. ‘Klik, klik, klik, zo fantastisch mooi.’ Misschien een beetje emotioneel, maar zo oprecht zoals ze het vertelde, het gaf me kippenvel over mijn gehele lichaam. Ik ken de uitvaartleider, het is een grote man, niet dik, maar een stevig postuur en zijn lengte is zeker boven de 2 meter. Een man met een gouden hart. Ik zag - en hoorde - deze man lopen. Stap voor stap zag ik hem gaan en heel denkbeeldig zag ik deze dame zittend op een houten bankje, luisterend naar het respect wat deze kliks voor haar afdwongen. Voordat ik vertrek krijg ik van haar een ingepakt zakje met koeken. ‘Kijk eens lieverd, hier heb je iets voor onderweg. Doe je kalm aan, het ga je goed.’ Ik sta op en geef haar een welgemeende knuffel, een knuffel recht uit mijn hart. Dankjewel schat, tot de volgende keer.
De chaos was niet te bevatten
- Details
Tijdens de chaos ook aandacht aan de ongeïdentificeerde slachtoffers. Onze humanitaire hulp bestond niet alleen uit het bergen van vele slachtoffers die de aardbeving in Turkije had gemaakt, maar bestond ook uit het identificeren en het herenigen van slachtoffers met hun nabestaanden. In de sporthal waarin we onze homebase hadden, werden we omringt door een honderdtal slachtoffers, wachtend op identificatie. Honderden volwassenen, maar ook vele kinderen liggend in een bodybag op deze vloer. De geur in deze hal is voor velen ondraaglijk en de hoogoplopende emoties zijn niet te bevatten. Knielend bij een veel te jong slachtoffertje, probeer je de omvang van deze ramp te bevatten. Veel tijd voor bezinning was er niet, dagelijks werden er hier meer dan 200 slachtoffers binnengebracht, elke dag opnieuw. De emotionele momenten deelden we met elkaar, met ons team, maar ook met wildvreemden. Ondanks de kou, het verdriet en de chaos heb ik daar veel liefde ervaren. Ik was daar op mijn plek, kon mijn expertise volledig benutten, waardoor vele nabestaanden iets minder ongelukkig konden zijn. De verhalen die we als team hebben meegemaakt staan beschreven in mijn boek ‘Als de dood begint te ruiken’. Een boek (met foto’s) waarin ik je meeneem in een wereld die hopelijk voor velen bespaard zal blijven.
Het was weer gezellig
- Details
Zijn er nog vragen? Ik kijk rond in de zaal en schrik van de hoeveelheid handen die omhoog gaan. Nee gekheid, ik neem mijn deelnemers interactief mee tijdens mijn lessen en wat je ziet op de foto is een test om te laten zien wat zwaartekracht met ons bloed doet. Speels -maar daardoor niet minder serieus – lesgeven over de veranderingen in ons lichaam na het overlijden en hoe we met z’n allen kunnen zorgen dat nabestaanden iets minder ongelukkig zullen zijn bij het zien van hun dierbare. Alle deelnemers opnieuw bedankt voor het vertrouwen en graag tot ziens bij de vervolg-les (voor slechts €29,- p.p.). Niks geleerd is niks betalen.
Samenwerking met Frank van de Goot
- Details
Mijn kennis was in dit geval onvoldoende, dus zocht ik het hogerop (durf te vragen). Frank van de Goot ken ik inmiddels al een aantal jaren en we zijn qua communicatie een gewaagd stel. Onze schoenen matchen prima en ook onze haardracht verschilt niet zo veel van elkaar. Frank (patholoog bij Nationaal Forensisch Onderzoeksbureau B.V.) heeft een schat aan kennis, waar nabestaanden regelmatig gebruik van mogen maken. Samen geven we (door een strakke samenwerking) weer een stem aan de overledene. Ieder op zijn eigen vakgebied, maar samen als een team. Dankjewel Frank en tot de volgende casus.
Bloed klonters
- Details
De veranderingen in het bloed na het overlijden, slierten en klonteringen die ik aantref tijdens - en na - het vervangen van het bloed bij een thanatopraxie behandeling of balseming sinds 2021. Velen vragen zich af hoe dat bloed er dan uitziet. Met toestemming heb ik van dat bloed hier een foto geplaats. Bloed dat ik voorheen vloeibaar uit een overledene kon halen, maar waarvan ik nu met enige regelmaat enorme klonters tegen kom, die heerlijk aan elkaar geplakt in mijn bottle blijven zitten. Op de foto heb ik de helft verwijderd, zodat iets beter zichtbaar wordt hoe dik de smurrie blijft die onderin ligt. Wat je ziet is nog zeker een dikte van 4 cm klonters, op een totaal hoeveelheid van 4 liter spoeling.
Beroeps deformatie
- Details
Ze brak op het moment dat ik vroeg waarom hij zo oncomfortabel in zijn kist lag. ‘Zal ik eens voor u kijken, of ik uw vader iets meer ontspannen neer kan leggen?’ Het duurde even voordat ze antwoord kon geven, want ze was volledig in tranen. Haar reactie kwam voort uit een aantal dingen. Pa was in zijn slaap – en op zijn zij - overleden en in de ochtend gevonden. De dienstdoende huisarts heeft de schouw uitgevoerd, maar alleen door met een lampje in zijn ogen te wapperen. Niet ontkleed en meneer niet op zijn rug gelegd. Dat voelde voor haar een beetje minachtend, want ze had een schouw verwacht, waarbij de arts haar vader zou onderzoeken. Hij was immers plotseling en onverwacht overleden. Na het invullen van de papieren waarop de arts aangeeft dat de dood is ingetreden ten gevolge van een natuurlijke oorzaak, heeft de familie de uitvaartverzorger gebeld. Deze kwamen spoedig op het adres, maar de medewerkers waren niet sterk genoeg om meneer alleen uit zijn bed te krijgen, te verzorgen en te verplaatsen naar een kamer waarin meer ruimte was om de kistlegging te doen. De familie is gevraagd hierbij te helpen, echter waren ze vergeten aan te geven dat meneer inmiddels op de grond lag om hem te verplaatsen. Tijdens het verplaatsen begint meneer te bloeden en stoten ze bij een bocht met de benen van pa tegen allerlei deurposten en kozijnen. Al met al waren de eerste uren na het vinden van haar vader, de meest emotionele momenten uit haar leven. Juist in deze uren kwam er een opeenstapeling van extra belastende momenten, terwijl dit juist momenten hadden kunnen zijn om haar zorgen uit handen te nemen. Als ik met haar naast haar vader sta, vraagt ze aan mij of ik kan zien waaraan hij is overleden. ‘Ik begrijp dat u niet gekozen heeft voor een obductie, waarbij ze de doodsoorzaak kunnen achterhalen? Veelal is dit kosteloos en zou een hoop vragen bij u weg kunnen nemen.’ Met een tissue veegt ze haar wangen droog en met een trillende onderlip geeft ze aan geen idee te hebben hoe ze dit in gang zou kunnen zetten. ‘Heeft de huisarts dit niet met u besproken?’ Haar verdriet gaat een beetje over in een – soort van – verbazing en wordt ineens glashelder in haar denken. ‘Nee, de huisarts heeft heel even bij pa gekeken, met een lampje in zijn ogen geschenen en was eigenlijk binnen 5 minuten weer vertrokken. Eerst vind ik mijn vader dood in bed, daarna ligt hij bloedend op de grond, botsen ze tegen allerlei kozijnen en ligt hij vervolgens krampachtig in zijn kist.’ Haar helder denken slaat weer om in verdriet en is ze tijdelijk niet in staat om met me te praten. Nadat ik de bloeding heb verholpen en meneer zo ontspannen mogelijk heb neergelegd, stel ik aan haar de vraag hoe ze mijn voorkomen en werkzaamheden heeft ervaren. Ik zou het heel vervelend hebben gevonden als mijn aanwezigheid voor nog meer frustratie zou hebben gezorgd. Ze stelt me gerust en vraagt of ze mij een knuffel mag geven. Tijdens mijn terugreis herhaalt het gesprek zich een aantal malen in mijn hoofd en vraag me af of deze opeenstapeling van frustratie/ verdriet nodig was geweest. Is het beroepsdeformatie waardoor we een overledene niet meer zo goed zien als mens, als mens waarvan er nog anderen zijn die zielsveel van deze persoon houden?
Helikopter versus voormalige ambulance
- Details
‘Al kom je met een helikopter.’ Het is een veel gehoorde tekst als ik aangeef dat ik met een grote gele auto kom, waarop Special Death Care staat geschreven. En deze gedachte, tegelijkertijd met mijn grote mond dat ik prima een helikopter zou kunnen besturen, heeft geresulteerd in een serieuze helikoptervlucht. Man man man, wat een pret! Zo’n ding moet je gewoon hebben, niks voormalige ambu, maar gewoon een helikopter. Sodeju. Maar eerlijk is eerlijk, je moet soms dingen uithanden geven, dingen waarvan je weet dat een ander deze beter kan uitvoeren. Daarom vloog ik mee met Steven Snijders en liet hij mij ervaren hoe gecompliceerd het is om deze machine veilig te kunnen laten vliegen. Diep respect. Na de aardbeving in Turkije heb ik met regelmaat gedacht dat ik mee zou kunnen vliegen met deze reusachtige machines, maar mijn expertise lag bij het zoeken naar slachtoffers, door simpelweg (zoals beschreven in mijn boek ‘Als de dood begint te ruiken’) de geur van de ontbinding te volgen om uiteindelijk bij een bedolven lichaam terecht te komen. Maar zeker na deze ramp (en het zien van vele helikopters) riep ik thuis veel te hard, dat ik uiterst geschikt zal zijn om deze machines te kunnen besturen. Grootspraak was het. Maar mijn vriendin en dochter namen mij te pakken door mij een vliegles cadeau te geven. Keigaaf! Maar echt hoor, dit is niks voor mij. Het vliegen was supergaaf, maar alles wat je onder je ziet wordt bij elke meter die je hoger gaat vliegen, een stukje kleiner. De machine besturen doe je met beide handen en beide voeten en daarvoor ben ik veel te druk, wuahaha. Wat ik wel heb ervaren, is dat de adrenaline op een soortgelijke manier aanwezig is, als tijdens mijn werk. Mijn werk is – net als vliegen – nooit saai, maar ik zit liever in mijn voormalige ambulance, dan in een helikopter. De rust die ik ervaar in mijn wagen (die overigens meer pk heeft dan de helikopter waarin ik heb gevlogen) laat me weer bewust worden, dat ik best blij ben met mijn bedrijf. Nabestaanden minder ongelukkig maken, kennis overdragen tegen de laagste prijzen en via mijn boeken ‘Als de dood begint te ruiken’ en ‘Altijd werken in emotie’ jou meenemen in mijn wereld. Vliegen doe ik graag nogmaals, maar dan laat ik het besturen gewoon weer over aan de piloot. Foto’s: Esmee Bartelink Fotografie
Page 1 of 33