Altijd als de telefoon gaat, dan springen mijn sensoren aan. Razendsnel vliegt er van alles door mijn hoofd. Dingen zoals het tijdstip en eventuele afspraken die ik nog heb staan. Waarschijnlijk een gevoel die velen met me kunnen delen. Een simpel telefoontje zou je dag immers volledig op zijn kop kunnen zetten.

Donderdag was ook zo’n dag. Een dag waarin je wat plannen maakt om wat ondernemers te bezoeken en in de avond gezellig uit eten te gaan. Net op het moment nadat de plannen zijn uitgesproken trilt er iets op het aanrecht. Even denk ik aan soort kortsluiting, maar realiseerde me vrij snel dat ik vergeten was om het geluid van mijn telefoon aan te zetten.

Ik zie in mijn display een telefoon nummer die ik niet herken. Dat maakt het heel eventjes extra spannend, want op dit moment weet ik dus niet naar welke regio ik misschien mag afreizen. Aangezien ik internationaal werk zou het over ver kunnen zijn. Stiekem is het voor vandaag een opluchting als ik een bekende stem aan de andere kant van de lijn hoor. Een stem met accent verbonden aan de regio waarin ik woon.

‘Edwin heb je tijd om ons te helpen’? Eigenlijk hoef ik niet na te denken en antwoord volmondig met een opgewekt ‘natuurlijk’. Op dit moment geen idee waarmee, maar deze ondernemer belt echt niet voor een vervuild laken. ‘Wij zijn hier bij een familie, vader is plotseling overleden en laat een demente vrouw en 3 zoons achter. Het is allemaal een beetje gecompliceerd omdat mevrouw niet alles meer begrijpt’.

Een beetje gek, maar zonder dat je de situatie of de familie kent, maak je toch een soort voorstelling van zaken. Je beeld je in hoe ze wonen en gebaseerd op niks zat die dementerende vrouw in mijn gedachten in een rolstoel. Niet zo’n elektrische, maar een rolstoel uit de jaren 80. Het huisje is denkbeeldig een aanleun woning, behorend bij een modern verzorgingstehuis.

Als ik eenmaal het adres heb opgeschreven, zit ik doorgaans binnen een half uur in de auto op weg naar de aanvrager. Wat ik nodig heb voor onderweg zijn wat slappe speculaas koekjes en koffiepoeder om een bakje koffie te kunnen zetten. Gemiddeld genomen zijn de meeste oproepen anderhalf uur rijden voor dat ik aankom op het opgegeven adres en in die tijd snoep ik graag iets.

Een beetje verbaasd was ik toen bleek dat er helemaal geen sprake was van een verzorgingstehuis, aanleun woning of rolstoel. Niets van dat. Een grote boerderij met bloemrijke oprijlaan, een vrolijke maar veel te dikke hond. Een hond die meer heeft van een bijzet tafeltje, dan van een gevaarlijke boef. Aangezien het vrij normaal is in deze omgeving om achterom te komen, rijd ik de wagen -over de met rode steentjes gemaakte inrit- naar achteren.

Er zwaait een blauw/ groene deur open aan de achterzijde van de boerderij. Ik zie de uitvaartleider op me af komen, zijn hoofd staat op de blik ’zorgen’. Net voordat ik uit de wagen wil stappen, zie ik dat de ondernemer met zijn nieuw gepoetste schoenen in een verse hondendrol stapt. Ik schater het uit. Zijn blik ‘zorgen’ verandert in een blik van irritatie. ‘Man maak je niet druk’ roep ik met een stralende glimlach. ‘Het is maar poep…’

Het ijs was gebroken, de ondernemer ziet er de humor wel van in. Waarschijnlijk had hij het ook even nodig. Soms neemt de stress of onmacht de situatie over, een situatie waarin je denkt geen controle meer te hebben.

Eenmaal binnen ontmoet ik de echtgenote. Ze lijkt me helder. De 3 zoons zijn verdrietig en knijpen - terwijl ik ze condoleer- stevig in mijn hand. Ik vertrek een beetje mijn gezicht, want tegen een grote boeren hand is mijn hand niet zo goed bestand. We staan met z’n zessen op de deel. De deel is een ruimte waarin de tractoren en de machines staan opgesteld. De hond snuffelt met een kwispelende staart wat aan de schoen van de ondernemer.

Het wordt me langzaam duidelijk. De boerderij is nog in bedrijf en moeders begrijpt niet dat pa er tussenuit is gesneakt. Een van de zoons neemt me apart en fluistert in mijn oor dat moeders niet alles begrijpt. ‘Moeder is dement, ze denkt dat pa slaapt en heeft alvast zijn krant klaar gelegd. Pa is in dit huis geboren en overleden’. Ineens gaat de deur open en roept moeders een beetje boos: ‘Ik heur oe wel hoor, ie denkt zeker dak gek bin?’

Ik loop naar haar toe en sla een arm om haar heen. ‘Nee mevrouw, wij hebben het over uw man. Uw man is overleden, begrijpt u wat ik zeg? Hij leeft niet meer’. Heel even lijkt ze het te bevatten. Ze kijkt wat naar de grond, geeft de hond een aai over de bol en over haar wang stroomt een traan.

Dit zijn van die momenten waarop ik alles uit de kast haal om het zo mooi mogelijk te laten verlopen. Mijn ogen speuren de deel af, op zoek naar een compromis. Hoe kan ik deze mensen extra helpen? Het is een oudere man, in dit huis geboren en overleden. Voor de achterblijvers is het belangrijk dat ze de tijd krijgen om afscheid te nemen.

In de tijd dat ik met de nabestaanden in gesprek ben, is de uitvaartondernemer wat op de achtergrond gebleven. Bij het zien van een tractor op de deel krijg ik een idee. Zonder te twijfelen gooi ik het in de groep. ‘Wat zou u er van vinden als we de tractor naar buiten rijden en mijn mobiele unit weer naar binnen rijden’? Het idee hierachter is dat hij pas uit dit huis hoeft op de dag van de uitvaart. Hier geboren, hier overleden, maar ook in huis verzorgd. Misschien helpt het moeders te begrijpen.

Helemaal uit het niets komt er vanuit moeders een opmerking die me wederom aan het denken zet. ‘Pa had een hekel aan kou, als hij hier naar de deel moet, dan moet hij zich warm kleden’. Ik neem heel even de ondernemer apart en vraag of thanatopraxie bespreekbaar is. Thanatopraxie is een behandeling waarbij we bloed vervangen door chemicaliën en zo in vele gevallen de overledenen ongekoeld kunnen opbaren.

Ik neem de zoons even apart. De ondernemer neemt de vrouw mee naar de keuken. Bij het betreden van de keuken zie ik dat hij de randjes van zijn schoen probeert af te vegen aan de mat. Opnieuw begin ik te grinniken.

Eerlijk en duidelijk leg ik uit aan de zoons welke opties ik kan aandragen en bespreek de thanatopraxie behandeling.  Mijn wagen is er volledig voor uitgerust om een thanatopraxie  behandeling op locatie te kunnen doen. Geen moment wordt er getwijfeld. Ze stemmen in met het plan om de tractor te verplaatsen en de voormalige ambu op de deel te rijden. Omdat het contact soepel verloopt vraag ik om zelf de tractor naar buiten te mogen rijden. Het zijn leuke herinneringen aan vroeger, een boerderij, werken met groot materiaal en stinken naar lekkende diesel.

Als de wagen op zijn plek staat sluiten de zoons de grote lompe deuren van de deel. Samen met de zoons halen we pa uit bed en met de brancard rijden we hem de gele wagen in . Een van de zoons grapt dat pa nog nooit eerder een gele tractor heeft gehad. Zijn grap maakt de sfeer ontspannen en een goed gevoel bekruipt me.

Ik sluit me op in de wagen en start de behandeling die in totaal ongeveer 2,5 uur in beslag gaat nemen. De uitvaartleider bespreekt in de tijd die ik nodig heb alvast de uitvaart en de kaarten. Aansluitend wordt het bed opgemaakt. Het bed waarop vader straks ongekoeld opgebaard gaat worden.

Terwijl ik bezig ben met de behandeling hoor ik telkens snuif geluiden rondom de wagen. Er schiet van alles door mijn hoofd. Een losse koe, ratten, muizen of zou moeders uit de keuken zijn ‘ontsnapt’? Ik besluit niet langer te wachten en open een deur van de wagen. Kwispelend staat daar dat bij zet tafeltje. Een hond die me aan de honden van mijn moeder doet denken. Lief, maar altijd te dik.

Bij het open doen van de deur probeert de hond in de wagen te komen. Zijn stijve gewrichten maken het onmogelijk om naar binnen te klimmen. Heel even twijfel ik, maar daarna besluit ik de hond te helpen. Ik doe mijn schort af, trek mijn witte jas uit en til de hond in de wagen. De tafel waarop de overledene ligt laat ik zakken. Snuffelend en kwispelend loopt de hond door de wagen. Er bereikt mij een emotioneel moment, zouden dieren werkelijk voelen wat er aan de hand is?

Met een beetje piepende geluiden staat hij naast zijn baasje. Zoals elke dierenliefhebber zou doen, begin ik tegen de hond te praten. Hij begrijpt het vast niet, maar ik vertel dat zijn baasje is overleden. Met een lik over het gezicht van de overledene verlaat de hond de wagen. Een moment waarvan mijn nekharen spontaan overeind gaan staan.

Ongeveer 3 uur later ligt vader op zijn eigen bed. Keurig gekleed in een warme trui en een dikke ribbroek op een kleine kamer. Moeders wordt begeleid door haar zoons. Als ze naast zijn bed staan begint moeders een heel verhaal te houden. Over hoe lief haar man was, hoe hard hij werkte en dat ze hem zal missen. Een van de zoons trekt het niet zo best. Hij verstopt zijn tranen, verbijt zijn lippen terwijl zijn handen trillen. ‘Ook mannen mogen huilen’ zeg ik tegen hem. Hij pakt me met zijn stevige handen veel te hard vast en schud me bij de schouders heen en weer.. Tranen rollen over zijn wangen, hij kijkt me aan en zegt dat hij eeuwig dankbaar is.

Terug in de keuken hangt een geur van verse koffie. De hond ligt voor de kachel op een kleedje, alsof er niets is gebeurd en alles de normaalste zaak van de wereld is. Moeders zet zeven kopjes op tafel en begint de koffie in te schenken. Ik zie de ondernemer verbaasd kijken. Zeven kopjes, dat is er eentje te veel. Als ze de koffie kan terug zet op het hitte plaatje, kijkt ze naar haar zoon en zegt: ‘Roep ie ons pa? Hij het nou lang genog sloapen’.

Special Death Care op locatie

‘Wat is het ergste dat u heeft mee gemaakt?’. Een vraag die regelmatig aan mij gesteld wordt. Het maakt niet uit waar ik op dat moment ben, Limburg, Noord-Holland of Friesland. Overal zijn er wel mensen geïnteresseerd in wat ik mee maak. Iemand die me kent weet dat mijn ogen dan gaan stralen, want ik vertel graag over mijn vak. Het gaat je al snel een uurtje extra kosten, want ik ben niet zomaar uitgesproken.

Eerlijk gezegd weet ik niet zo snel te bedenken wat nu eigenlijk het ergste is. Denk ook niet dat dat zo veel uit maakt. Er zijn in de loop der jaren vele dingen in de uitvaart veranderd. Zo ook de technieken om iemand op te kunnen baren. Ik denk dat ik met mijn concept de laatste jaren een positieve bijdrage heb kunnen leveren. Het assisteren van uitvaart ondernemers, justitie en nabestaanden. Het maakt voor mij niet uit wie er belt, als ik kan helpen, dan doe ik dat. De vrijheid van ZZP zijn, onafhankelijk en neutraal.

De voormalige ambulance waarmee en waarin mijn werkzaamheden uitvoer, wordt steeds meer geaccepteerd. Natuurlijk begrijp ik dat de wagen best geel, groot en opzichtig is, maar waardeer me om wat ik kan. Uitvaartondernemers rijden met vlaggetjes, een politie auto met striping, en ik rijd in een gele bus. Allemaal om een mooi stukje dienstverlening te kunnen bewerkstelligen.

Ik wil iedereen bedanken die mij in de afgelopen 2 jaar heeft ingezet om nabestaanden te kunnen helpen. Ook de komende jaren blijf ik mijn kennis delen, zet ik mijn werkzaamheden voort en help ik eenieder die het wil om een waardig afscheid te realiseren.

Een oprecht dankjewel!

Contact gegevens Special Death Care

Thanatopraxie is een moeilijk woord om uit te spreken en de praktijk blijkt het vaak nog moeilijker om het uit te leggen. Veel mensen wijken uit naar het woord balsemen of lichte balseming. Met regelmaat wordt Special Death Care gevraagd om deze behandelingen uit te voeren. Een thanatopraxie behandeling is een behandeling waarbij het bloed van de overledene wordt vervangen door een andere vloeistof. Dit kan zijn om een overledene cosmetisch op een betere kleur te krijgen, maar ook omdat bijvoorbeeld de uitvaartleider de nabestaanden een mogelijkheid wil bieden om de overledene ongekoeld op te baren.

Als ik wordt ingezet om deze behandeling uit te voeren, dan ga ik eerst in gesprek met de nabestaanden. Het komt zelfs voor dat ik eerst een 'voor gesprek' aan ga met de patiënt die terminaal is en die wil gaan kiezen voor een thanatopraxie behandeling. In mijn hoofd is het namelijk uitermate belangrijk dat de patiënt of nabestaanden op een juiste manier worden ingelicht voordat ze een keuze gaan maken. Een keuze die past bij hun gevoel en het gevoel waarvan ze denken dat het beste bij de overledene past.

Met regelmaat zie ik grote verbazing bij nabestaanden als ik eerlijk vertel wat thanatopraxie nou eigenlijk is. 'Zie het als een soort nier dialyse, waarbij we vloeistof door het lichaam spoelen. Om dit te kunnen doen moeten we ingrijpen in het lichaam. Eén of meerdere slagaders worden geopend om de vloeistof te injecteren. U begrijpt..... het heeft helemaal niets met insmeren van het lichaam te maken'.

Want hier gaat het vaak fout. Een uitvaartleider die niet eerlijk en open verteld wat thanatopraxie is, zou de familie een keuze kunnen laten maken waarvan ze spijt krijgen. Test het eens binnen je eigen kennissen kring en vraag eens wat balsemen is. Ik schat dat 80% begint over insmeren, terwijl ze met hun handen en armen de beweging maken alsof ze crème over hun armen smeren. Begrijp je de verontwaardiging en de teleurstelling bij de nabestaanden als ze tijdens de verzorging zien dat er ineens in hun dierbare is gesneden?

Nee, insmeren is niet voldoende om een overledene ongekoeld op te kunnen baren. Daar komt echt iets meer bij kijken. Een behandeling kost circa 2 uur intensief bezig zijn, weten wat je doet, geconcentreerd vloeistof injecteren om het beste resultaat te behalen. Kennis, juiste vloeistof keuze, goed gereedschap en ervaring zijn ingrediënten die een opbaring positief kunnen beïnvloeden. Laat een thanatopracteur in gesprek gaan met de aanvrager. Een thanatopracteur stelt de juiste vragen, geeft tips en denkt mee om samen een zo goed mogelijke opbaring te realiseren. Medicijn gebruik, doodsoorzaak, postuur, conditie van het lichaam, het zijn allemaal factoren die de keuze kunnen beïnvloeden.

Indien je van jezelf weet dat je onvoldoende kennis hebt over deze behandeling, zou ik je adviseren je eerst in deze materie te verdiepen alvorens het bij de families bespreekbaar te maken.  Indien je denkt er veel vanaf te weten, laat je dan eens testen door een thanatopracteur. Zo voorkomen we teleurstelling.

thanatopraxie

Ik had er al iets over gehoord, de geruchten gingen al rond via de app. ‘Heb je het al gehoord, er schijnt zich iemand van het leven te hebben beroofd. Weet jij meer?’ Terwijl ik dit lees vraag ik me in mijn hoofd af waarom een mens zo in elkaar zit, dat nieuwsgierigheid sommige drempels kunnen verlagen. Wat maakt het je beter om te weten of er iemand zelfmoord heeft gepleegd?  Waarom wordt de drang om het te weten zo groot dat ik er appjes over moet ontvangen.

Ik klik de app zonder te beantwoorden weg en vervolg mijn weg richting huis. Het is al weken nat buiten, de smalle binnenwegen maken er het door de bieten campagne niet beter op. Modder maakt de berm zacht en de regen zorgt er voor dat ik straks weer de wagen kan wassen. Net voordat ik de oprit op draai, toetert er een wagen. Ik schiet een beetje in de lach en denk aan wat me ooit verteld is door een goede vriend. Het leuke van een toeter is dat –zonder dat je de persoon ziet- vaak al weet of het een vriendelijk gebaar is, of iemand in de stress, boos of kwaad. Een eentonige klank, die aan de manier van gebruik laat weten hoe de ander zich voelt.

Er gaan drie dagen voorbij zonder dat ik terug denk aan de app over de zelfdoding. Een bericht rechtstreeks van een familie herinnert me weer terug aan de vraag of ik meer weet. Het bericht die ik ontvang is warrig en begrijp niet helemaal wat er wordt bedoeld. Iets met zelfdoding, een gezicht die beweegt en een vriezer. Ik twijfel geen seconde en besluit het nummer te bellen. Eigenlijk voordat de telefoon is over gegaan wordt er opgenomen met een zacht ‘Hallo’.

Nadat ik verteld heb wie ik ben, hoor ik het verhaal aan. Een huilende moeder vol verdriet verteld me dat haar dochter 3 dagen geleden is gevonden in de schuur. Ze had zich zelf van het leven beroofd en de buurman had haar gevonden. Vol aandacht laat ik haar het verhaal doen, luisteren wat er is gebeurd, maar zeker luisteren en proberen uit te zoeken waarom ze me benaderd. Om me beter te concentreren zet ik de muziek wat zachter, druk de telefoon dichter tegen mijn oor en luister vol aandacht.

De dame aan de andere kant van de lijn vervolgt haar verhaal. ‘Het was een lieve meid, maar ze had zo veel problemen, ze heeft voor de zelfdoding nog afscheid genomen van haar paard’. Omdat het gesprek niet daar komt waar ik naar toe wil stel ik de vraag maar iets directer. ‘Mevrouw, wat is de reden dat u mij heeft benaderd’? Ze raakt volledig overstuur en geeft de telefoon aan haar man. Hij komt direct ter zake. ‘We denken dat haar gezicht beweegt, maar dat zou niet kunnen want ze is al zeker 4 dagen dood. Nu wil de uitvaartleider haar naar de vriezer brengen, maar we willen haar tegen beter weten in graag thuis houden. Het is ons meisje’.

Dit zijn van die momenten die er ook bij mij even in hakken. Je voelt het verdriet van de ouders en tegelijkertijd de wanhoop van hun dochter. Mijn hersenen schakelen snel, zeer snel. Zelfdoding, paard, schuur en een bewegend gezicht. Eigenlijk kan dat maar 1 ding betekenen….. Maden.

Subtiel probeer ik uit te leggen dat ik de overledene zou moeten zien om een oordeel te kunnen geven over de mogelijkheden die ik zou kunnen bieden. Ik leg uit dat ik met een grote gele auto kom, met de tekst Special Death Care. Hij aarzelt geen moment en zegt dat dat de reden is dat ze rechtstreeks contact met me hebben gezocht. ‘U bent onze laatste hoop’ zegt hij met een bibberende stem.

Een uur later zit ik bij de familie aan tafel. De gespannen sfeer is voelbaar, je ruikt de dood in het huis. Een geur die je leert herkennen als je lang in het vak zit. Als ik het huis goed observeer zie ik hier en daar een blauw/ groene vlieg. Het bevestigt mijn vermoeden dat het waarschijnlijk gaat om maden die het gezicht kunnen  laten bewegen. Tijdens het gesprek staat de moeder op, loopt naar een kastje in de keuken, trekt een lade open en komt met een stuk verfrommeld stuk papier. ‘Dit is wat de politie heeft gevonden’ en geeft me het stukje papier. Rillingen gaan even over mijn rug omdat ik drommels besef dat het gaat om de afscheidsbrief.

In de riante woonkamer zie ik een witte kist. ‘Zou ik naar haar toe mogen’ vraag ik met duidelijke stem. De zakelijke kant komt bij me naar boven. Even het emotionele aan de kant, duidelijk communiceren, kijken of je wordt begrepen. Geen onzin, recht doorzee aangeven wat je voor de nabestaanden kunt betekenen. Een knikkend gebaar van moeder geeft me de bevestiging dat ik naar de kamer mag gaan.

In de witte kist ligt een jonge vrouw. Ook hier kijk ik vak-technisch naar de dingen die ik zie en ruik. Ingedroogde neus, ingedroogde vingers, blauw hoofd , groene waas rondom haar mond en wit suiker korrelige structuur in de ooghoeken en neus gaten.  Het is me duidelijk. De ontbinding is ingezet en het bewegen van het gezicht zijn maden die onderhuids aanwezig zijn.

Alles begint in te dalen en krijgt een plekje in mijn hoofd. Ze is op dit moment niet meer toonbaar maar de familie wil haar zo lang als het kan bij haar houden. Het advies van de uitvaartondernemer haar naar een vriezer te brengen begrijp ik, maar dat is niet de wens van de familie. De wens is haar thuis te houden en daar zet ik me dan volledig voor in.

Omdat ik de uitvaartleider goed ken, besluit ik contact te zoeken. Ik leg aan haar uit wat mijn bevindingen zijn, en dat ik volledig begrijp waarom ze heeft voorgesteld haar uit huis te halen. Op de vraag waarom ze geen bodyseal heeft voorgesteld aan de familie ontstaat een stilte van enkele seconden. ‘Bodyseal zeg je? Je bedoelt een bodybag?’ Het wordt me duidelijk dat ze niet volledig op de hoogte is van de technieken die ik de familie aan kan bieden. ‘Bodyseal is het lucht dicht en vloeistof dicht verpakken (sealen) van een lichaam. Je kunt haar dan niet meer zien, maar ze kan wel thuis blijven. Dit is immers wat de familie wenst. Ik kan dit thuis voor de familie doen’.

Omdat de uitvaartleider niet volledig op de hoogte is van deze techniek, besluit ik zelf te gaan overleggen met de familie. In alle rust ga ik het gesprek aan met beide ouders. De buurman heeft zich bij het gesprek gevoegd en steunt de vader door zijn hand op de schouder te leggen. Als duidelijk wordt dat ze thuis kan blijven, ontstaat er een volledig andere sfeer. Je ziet het aan de gezichten, het gedrag en de manier waarop er wordt gesproken dat er rust is gekomen. Een rust die lijkt alsof er iets is gewonnen.

Nadat de bodyseal is uitgevoerd leg ik alvast de deksel op de kist. Ik vraag of de ouders misschien zelf de kist willen sluiten door de knoppen in de kist te draaien. Een symbolische manier om afscheid te nemen. Even wordt ik week bij het zien dat ook de buurman een knop in de kist mag draaien. Ik verneem dat mijn zakelijke kant weer richting de emotionele kant gaat. Juist deze combinatie –het zakelijke gecombineerd met het emotionele- maakt dat ik het werk zo graag mag doen.  

Bodyseal Special Death Care

De klinische les vandaag 16 november 2017 in de aula van Damwâld was een leerzame ochtend. Meer dan 30 personen die altijd klaar staan voor de laatste verzorging werden bijgeschoold door Edwin Spieard van Special Death Care. Hij is ervaren in datgene waar de basisverzorging niet meer voldoende is. Zijn ervaring is oa bij ziekenhuizen, MH17, mensen met zelfdoding en verminking, rampenteam Duitsland etc opgedaan.
Als men een thuisopbaring wil kan er heel veel geregeld worden. Dat bleek vanmorgen ook wel uit zijn verhaal.
Samen met uitvaartzorg Zeilinga, Marjanna uit Dokkum en Edwin van Special Death Care werd een boeiende ochtend georganiseerd. Vele vragen kregen antwoorden en veel informatie is weer opgeslagen voor de komende tijd. De groep afleggers in de regio Noord-Oost Fryslan is weer bijgeschoold

(ingezonden stuk en met toestemming geplaatst)

klinische les overledenen verzorging

Op 6 en 7 december 2017 is speciaal voor verpleegkundigen en verzorgenden Nursing Experience in de Reehorst te Ede. Ook Special Death Care en Nu'91 zijn daar met een spetterend team aanwezig. Oefen skills zoals reanimeren, infuus prikken, venapunctie, agraves verwijderen en nog veel meer...Special Death Care is aanwezig om uitleg te geven over specialistische postmortale zorg. Kom ook!

Nursing en Special Death Care

Het is een beeld die je niet snel vergeet. Een volwassen vrouw op leeftijd, onder aan de trap, volledig in elkaar gewrongen in een positie waarvan je niet wist dat je dat als mens zou kunnen hebben. Ze ligt met haar hoofd omlaag en rondom haar hoofd ligt een grote plas bloed. Een plas bloed die niet met het leven verenigbaar is. Eigenlijk ligt ze voorover in de foetus houding, haar benen omhoog verwrongen nog op de trap.

Op de voordeur hangt een papiertje met de tekst: Achterom s.v.p. Bij het zien van de overledene begrijp ik waarom, de voordeur wordt geblokkeerd door een arm die tegen de dorpel aan ligt. Bij het zien van dit beeld schudt mijn lichaam even heen en weer, kippenvel kruipt vanuit mijn nek over mijn rug en armen.

In de keuken praat ik met de zoon. Hij heeft haar vanochtend gevonden. ‘Ze nam de telefoon niet op, dat is niks voor moeder’ zegt hij met een verdrietig en geschrokken gezicht. ‘De voordeur wilde ook niet helemaal open, alsof er een grote veer met tegendruk de deur dicht wilde houden’. Ik begrijp wat hij zegt en zie het beeld van haar arm tegen de deur nog even weer voor me.

Terwijl ik naar hem luister zie ik op het aanrecht een A en B formulier liggen. Het A formulier is het formulier dat de arts na de schouw ondertekend. De arts zet hierop een handtekening als hij of zij er van overtuigd is dat de dood ten gevolge van een natuurlijke oorzaak is ingetreden. Ik schud nogmaals eens snel met mijn hoofd heen en weer en probeer even op een rij te krijgen wat er zich hier allemaal heeft afgespeeld.

Voorzichtig loop ik terug naar de overledene die zich nog steeds onder aan de trap bevindt. Ik zie een fikse hoofdwond, de leuning nog vast aan de muur. (Soms zit de leuning los als men boven aan de trap onwel wordt en door de val de leuning van de muur trekt). Er flitst van alles door me heen. Een val, een hoofdwond, een patiënt in foetus houding hangend onder aan een trap én een formulier waarop de huisarts heeft aangegeven dat hij/ zij er van overtuigd is dat de dood is ingetreden ten gevolge van een natuurlijk oorzaak.

In de keuken vraag ik of ik aan mag schuiven. Belangstellend vraag ik naar het verhaal van de schouw, nieuwsgierig naar het vast stellen van dit overlijden. De zoon verteld zijn verhaal en kom uiteindelijk terecht op het punt waar ik zo vreselijk nieuwsgierig naar ben geworden. ‘De huisarts is geweest om de dood vast te stellen. Hij zei dat ie niks meer voor haar kon betekenen’. Een kloppend maar verbazingwekkend verhaal. Een behandelend arts is bevoegd een verklaring van natuurlijk overlijden af te geven, dat is juist. Maar ik ben zo benieuwd hoe de schouw in zijn werk is gegaan. Is de GGD (forensische arts) ingelicht? Is de politie geweest? Immers….. er ligt iemand onder aan een trap, die zelf niet kan aangeven of ze gevallen of geduwd is.

Wat ik nog veel onbegrijpelijker vindt in deze situatie, is de manier waarop het vast stellen van een natuurlijk overlijden tot stand is gekomen. Het lichaam is mijn inziens niet onderzocht. Ze ligt gekleed en nog in de houding waarin ze is terecht gekomen na haar val. Een beetje respectloos vind ik het zelfs om iemand zo te laten liggen. In mijn hoofd vraag ik me af of deze arts zich bewust is van het extra leed wat hij deze familie aan heeft gedaan. Moeder laten liggen in haar eigen bloed, verwrongen tot een hoopje mens. Waarom niet even recht leggen, desnoods op een dekbed in de hal. De lijkstijfheid en de enorme verkleuring zullen voor de nabestaanden niet als prettig worden ervaren, en nou druk ik me nog maar voorzichtig uit denk ik.

Eigenlijk ben ik ook van mening dat de arts een correcte schouw had moeten uitvoeren. Het lichaam ontkleden, onderzoeken en uitsluiten of er toch niet ergens een mes tussen de ribben steekt. Indien er vooraf aan deze schouw al twijfels waren ontstaan over de doodsoorzaak, dan is het raadplegen van een forensische arts een eerst volgende stap, alvorens het lichaam te verplaatsen of te onderzoeken.

Nu ben ik geen arts, geen forensische arts en werk niet bij justitie, maar reageer vanuit mijn menselijk gevoel. Ik probeer me te verplaatsen in de situatie, de nabestaanden en de overledene. Waarschijnlijk is diegene die de overledene schouwt -of de laatste verzorging geeft- de laatste persoon die het op kan nemen voor de overledene. Een volledige schouw kan een natuurlijk overlijden veranderen in een níet natuurlijk overlijden. Een val van een trap waarbij de hoofdwond -veroorzaakt door de val- de doodsoorzaak is, valt immers onder een niet natuurlijk overlijden.

Ik ben me bewust dat een arts niet overal van op de hoogte kan zijn. Het is ook geen wijzende vinger richting deze groep, absoluut niet. Er zijn gelukkig heel veel artsen die een schouw uiterst perfect uitvoeren. Voor de groep die niet helemaal op de hoogte is, vraag ik me af of er belangstelling zou zijn om een voorlichting te organiseren waarbij ik artsen een beetje op weg help. Deze belangstellenden iets vertel over de verkleuring, hecht technieken, lijkstijfheid en het verschil tussen natuurlijk en niet natuurlijk overlijden. Tevens zou ik jullie op de hoogte kunnen brengen van de nieuwste technieken, denk aan thanatopraxie (bloed vervangen door chemicaliën waardoor iemand ongekoeld opgebaard kan worden) en het verwijderen van diverse stimulatoren die in het lichaam zijn aangebracht, maar die voor de crematie weer moeten worden verwijderd.

Indien er belangstelling mocht zijn, dan verwijs ik graag naar de button –klinische les- en zie alle besproken onderwerpen.

 

klinische les