Print

Op zolder stond nog een oude draaibank. Een voor mij nutteloos apparaat die alleen maar ruimte in beslag neemt. Hout bewerken is niet mijn ding, het zal me absoluut een vinger gaan kosten tijdens het gebruik van het apparaat.

Omdat het enkel en alleen in de weg stond, besloot ik een advertentie te zetten om een liefhebber te vinden voor deze draaibank. Boven verwachting was er binnen enkele uren al een geïnteresseerde liefhebber. Zonder af te dingen stond er in het bericht dat de man graag de 40 euro wilde betalen voor deze machine.

Nog geen 2 uur later werd er op de deur geklopt. Ik schuif de gordijnen opzij, draai de deur van het slot en open de deur. Een ongeschoren man met een baard en snor die me even lieten schrikken. Een beetje boel onverzorgd, gele klompen en een jas die uit zichzelf zou blijven staan als je hem op de grond zou zetten.

‘Ik kom voor de draaibank, ben ik hier op het juiste adres’? Terwijl hij een hand naar me uitreikt twinkelen zijn ogen. Meteen verandert mijn beeld in deze man, de vriendelijkheid die deze man uitstraalt krijgt me te pakken.

Mijn gezicht wordt ontspannen en met een glimlach geef ik aan dat dit het juiste adres is. Nadat er is betaald bukt de oudere man zich voorover om het stuk metaal op te pakken. Wat er toen met me gebeurde was een onverwacht moment.

Probeer je deze man even in te beelden. Een zwerver achtig uiterlijk waarbij door gezichts beharing alleen zijn ogen goed zichtbaar zijn. In zijn armen een grote klomp ijzer die hij vasthoudt alsof het een kind is.

Zijn rechter arm iets lager dan zijn linker arm, de draaibank tegen zich aangedrukt en zijn linker wang tegen het metaal. Ogen die glinsteren en met de woorden dat hij zo ontzettend gelukkig is vertrekt de man richting zijn auto.

Nog voordat de deur in het slot valt is het beeld van deze man vervangen door een moeder met een kind. Een moeder die op precies dezelfde manier met haar aangereden kind aan komt lopen. Het hoofdje van het kindje is dus danig beschadigd dat je geen expert hoeft te zijn om te zien dat dit kindje is overleden.

Nog geen seconde later verandert deze moeder in een andere moeder. Ook zij komt richting mijn voormalige ambu aanrennen met een kindje op haar arm, vast gehouden op precies dezelfde wijze als de man met de draaibank.

Gedachten die zich afwisselen, de gelukkige man en de verdrietige moeders. Beiden in een zelfde positie in mijn herinnering. De ene gedachte maakt me vrolijk, de andere laat me realiseren dat liefde en iemand voor altijd moeten missen een heel zwaar moment kan zijn.

Ook ik ben onlangs met mezelf geconfronteerd. Een poes laten inslapen en een whatsapp bericht dat mijn kameraad zojuist euthanasie heeft gehad maken me terplekke emotioneel. Het was me bekend dat hij ziek was, maar om ineens het besef te krijgen dat je niet meer samen kunt lachen en praten is toch wat anders dan het verkopen van een draaibank.

Het bericht bevatte tevens de tekst dat ik welkom ben om afscheid van hem te komen nemen. Daarover hoefde ik geen seconde na te denken, graag…. ik zou hem zo graag even zien. We spreken een tijd af en vertrek met een vreselijk nerveus gevoel richting zijn vrouw en dochter.

Als ze de deur open doet val ik in haar armen. Totaal onverwacht stort ik in, ik hang over haar schouders en ben totaal de weg kwijt. Geen woorden meer uit kunnen spreken, trillen en zo intens verdrietig zijn kan ik me alleen nog herinneren na het vertrek van mijn partner.

Zijn vrouw vraagt of ik koffie wil. ‘Nee meid, ik wil graag naar hem toe, ik zou zo graag bij hem willen zijn’. Ze begrijpt me onmiddellijk en loopt voor me uit naar de kamer waar hij ligt. Als we naast hem staan, komt uit het niets hun dochter. We vallen in elkaars armen en bespreken in 1 minuut wat we de laatste 25 jaar hebben mee gemaakt.

Toen ik weer een beetje helder kon denken was ik eigenlijk wel blij dat me dit was verkomen. Het maakte mij zo ontzettend bewust dat afscheid nemen vreselijk belangrijk kan zijn. De wens en drang om nog iemand te zien na een overlijden kan onvoorstelbaar sterk zijn.

Nog geen week later kon ik mijn eigen ervaring in de praktijk brengen. Als ik word gevraagd om een reconstructie te gaan uitvoeren op een verkeersslachtoffer twijfel ik geen moment. Nog voordat ik de reconstructie heb afgerond komen de ouders van het kind de kleding brengen.

Ze worden perfect opgevangen door een gastdame in het uitvaartcentrum. Ik krijg het gesprek een beetje mee door een op een kier staande deur. Na het gesprek zie ik dat de ouders de deurklink vast pakken om weer richting buiten te gaan, waarschijnlijk naar huis in afwachting op groen licht om bij hun kind te mogen komen.

In een flits komt alles weer voorbij, de draaibank, de twee moeders, mijn overleden poes en kameraad. ‘Mevrouw mevrouw, hallo, mevrouw’? Ik zwaai de deur open en loop richting de buitendeur. De dame in de deuropening draait zich om en loopt tegen haar man op die van plan is naar buiten te gaan.

‘Mag ik jullie iets vragen? Begrijp ik goed dat jullie de ouders zijn van het kindje'? De dame knikt, kijkt me aan en geeft me een hand. ‘Was u van plan naar huis te gaan’? De ogen van de vrouw richten een blik op de man die inmiddels naast haar staat.

‘Wat zou u er van vinden als we nu even samen naar uw dochter gaan? Ik ben nog niet klaar met mijn werkzaamheden, maar kan u met liefde begeleiden om alvast even naar haar toe te gaan. Als u mij 5 minuten geeft dan maak ik de ruimte iets vriendelijker’.

Haar gezicht doet mezelf terugzien bij de vrouw van mijn kameraad. Een gezicht die zelfs blijdschap uit kan stralen door ‘toestemming’ te krijgen om een overleden persoon te mogen zien.

Zo was het voor mij een maand vol emotie en verdriet, maar wel een maand die me extra doet realiseren hoe belangrijk ons vak kan zijn. Eigenlijk was het ook wel prettig te ervaren dat ik ook maar een mens ben, een mens die verdriet heeft als een dierbare hem verlaat.

Edwin Spieard, Special Death Care